nieuws

Omgevingsvergunning geldt vanaf 23 februari 2017

23
02
‘16

Eindelijk zekerheid! Op 23 februari 2017 verdwijnen de milieuvergunning en de milieumelding, de stedenbouwkundige vergunning, de verkavelingsvergunning en de stedenbouwkundige melding, en worden er alleen nog omgevingsvergunningen en omgevingsmeldingen uitgereikt. Het langverwachte uitvoeringsbesluit bij het decreet op de omgevingsvergunning is vandaag in het Belgisch Staatsblad verschenen.
En het is een dikke turf geworden. Voor de liefhebbers van cijfertjes: 521 bladzijden lectuur, 799 wetsartikels en 19 bijlagen. Het Omgevingsvergunningsbesluit wijzigt bovendien nog 58 andere besluiten?

Gezamenlijke vergunning

Met de omgevingsvergunning hoeft een ondernemer niet langer 2 afzonderlijke procedures te doorlopen: een procedure voor de ruimtelijkeordeningsaspecten, en een andere procedure voor de milieugebonden aspecten. Eén gezamenlijk aanvraagdossier volstaat. Met één openbaar onderzoek en één adviesronde. Doordat er geen 2 afzonderlijke procedures meer zijn, zullen de adviezen over het project elkaar niet meer kunnen tegenspreken.

Er blijven nog maar 2 vergunningstracés bestaan – dat van de gewone vergunningsprocedure en dat van de vereenvoudigde vergunningsprocedure -, met daarnaast één meldingsprocédé.

De termijnen worden bovendien ingekort.
Het vergunningstraject zal in de regel 102 dagen duren, zonder openbaar onderzoek, en 120 dagen, mét openbaar onderzoek. Voor kleine veranderingen komt er een vereenvoudigde procedure, met een doorlooptijd van 60 dagen.

Permanente vergunning

De omgevingsvergunning wordt ook een permanente vergunning. Dat is al altijd zo geweest in bouwdossiers, maar is nieuw op milieuvlak.

Om mistoestanden te vermijden, wordt er wel een regime van periodieke evaluatie van de vergunning ingevoerd, met de mogelijkheid om de vergunning ‘bij te stellen‘. Wat aansluit bij het huidige regime van de aanvraag tot verlenging. Naast de periodieke evaluaties, zijn er ook ad hoc-evaluaties mogelijk.

Bestaande milieuvergunningen van beperkte duur kunnen via een aparte procedure ‘omgezet‘ worden in omgevingsvergunningen van permanente duur.

Vooroverleg en digitalisering

Het nieuwe Omgevingsvergunningsbesluit hecht meer belang aan het voortraject – vooraleer het aanvraagdossier wordt ingediend. En het besluit mikt op een doorgedreven digitalisering van de procedure, via het Omgevingsloket. Tot op vandaag kunnen echter alleen nog maar stedenbouwkundige aanvragen en stedenbouwkundige meldingen digitaal ingediend worden – geen milieudossiers – en dan nog niet eens in alle gemeenten?

Bevoegde overheid

De invoering van de omgevingsvergunning gaat ook gepaard met een omvangrijke deklassering van de inrichtingen die milieuhinder kunnen veroorzaken. Veel klasse 1-inrichtingen zakken naar klasse 2, en krijgen daar de aparte code ‘2A’. Het college van burgemeester en schepenen zal voor die dossiers het advies moeten inwinnen van het gewest.
Heel wat klasse 2-inrichtingen schuiven op hun beurt door naar klasse 3, en vereisen het advies van de provinciale omgevingsvergunningencommissie.
Sommige inrichtingen worden tot slot volledig gedeklasseerd, zoals tankstations, kleine afvalverwerkers en zwembaden.

Alle vergunningsaanvragen worden in de regel behandeld door de gemeenten. Alleen de dossiers die opgenomen zijn op 2 gesloten lijsten, worden nog behandeld op provinciaal of Vlaams niveau. Die lijsten werden niet opgenomen in het Omgevingsvergunningsbesluit, maar werden apart gepubliceerd.

Nieuwe indelingslijst

Al die herklasseringen leiden tot een compleet nieuwe indelingslijst van de hinderlijke inrichtingen.

Waar de indelingslijst momenteel was opgenomen als bijlage I bij Vlarem 1 over de milieuvergunning, maakt de nieuwe indelingslijst voortaan deel uit van Vlarem 2 over de algemene en sectorale voorwaarden, en zal ze daar een nieuwe lijvige bijlage 1 vormen. Wat eigenlijk logischer is.

Timing

Het Omgevingsvergunningsdecreet dateert van 25 april 2014 en het was oorspronkelijk de bedoeling om met de omgevingsvergunning van start te gaan op 1 januari 2015. Later zou de startdatum in de december 2015 vallen, dan op 1 januari 2016,? Uiteindelijk is er zekerheid: ?Het decreet van 25 april 2014 treedt in werking één jaar na de datum van de bekendmaking van dit besluit [d.i. het Omgevingsvergunningsbesluit] in het Belgisch Staatsblad?. Aangezien het besluit op 23 februari 2016 in het Belgisch Staatsblad verscheen, treedt het Omgevingsvergunningsdecreet én daarmee ook de omgevingsvergunning op 23 februari 2017 in werking.

799 uitvoeringsartikelen

Het Omgevingsvergunningsdecreet was met zijn 397 artikels al een kanjer van een decreet. De controle en sancties werden trouwens in een apart decreet ondergebracht; en dat Handhavingsdecreet telt op zijn beurt 145 artikels. Maar beide decreten verbleken bij de net geen 800 artikels van het uitvoeringsbesluit.

Dat uitvoeringsbesluit volgt min of meer de structuur van het Omgevingsvergunningsdecreet. Het is als volgt ingedeeld (wij laten hier de vele afdelingen en onderafdelingen vallen):

Titel 1. Algemene bepalingen

  • Europees kader (art. 1)
  • Definities (art. 2)
  • Omgevingsfonds (art. 3-5)
  • Titel 2. Vooroverleg en projectvergadering (art. 6-8)

    Titel 3. De vergunningsverlening

  • De bevoegde overheid (art. 9)
  • Projecten waarvoor de gewestelijke omgevingsambtenaar bevoegd is om in eerste administratieve aanleg een beslissing te nemen (art. 10)
  • Toepassingsgebied van de gewone en de vereenvoudigde procedure (art. 11-14)
  • De samenstelling van de aanvraag (art. 15)
  • Het openbaar onderzoek (art. 16-29)
  • Adviesinstanties (art. 30-38)
  • De omgevingsvergunningscommissie (art. 39-46)
  • Beslissing over de zaak van de wegen (art. 47)
  • De beslissing (art. 48-64)
  • De gewone vergunningsprocedure (art. 65-79)
  • De vereenvoudigde vergunningsprocedure (art. 80-93)
  • De omgevingsvergunning op proef (art. 94-96)
  • Actualisatie van de gecoördineerde omgevingsvergunning (art. 97-99)
  • Titel 4. Het bijstellen van de omgevingsvergunning

  • De bijstelling van de bijzondere milieuvoorwaarden (?) in eerste administratieve aanleg (art. 100-107)
  • De bijstelling van de bijzondere milieuvoorwaarden (?) in laatste administratieve aanleg (art. 108-114)
  • De bijstelling van het voorwerp en de duur van de omgevingsvergunning (?) in eerste administratieve aanleg (art. 115-125)
  • De bijstelling van het voorwerp en de duur van de omgevingsvergunning (?) in laatste administratieve aanleg (art. 126-132)
  • De bijstelling van de omgevingsvergunning voor het verkavelen van panden (art. 133)
  • Titel 5. Schorsing of opheffing van de omgevingsvergunning wat betreft de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit (art. 134-135)

    Titel 6. De melding

  • De samenstelling van een meldingsdossier en de meldingsprocedure (art. 136-137)
  • Bekendmaking (art. 138-140)
  • Titel 7. De omgevingsambtenaren

  • De gewestelijke omgevingsambtenaren (art. 141-142)
  • De gemeentelijke omgevingsambtenaren (art. 143-145)
  • Kwaliteitseisen (art. 146)
  • Titel 8. Digitalisering

  • Algemene bepalingen (art. 147-149)
  • Uitwisselingsplatform en omgevingsloket (art. 150-160)
  • Omgevingsvergunningenregister (art. 161-162)
  • Titel 9. Wijzigingsbepalingen (art. 163-782)
    Wijziging van 58 besluiten, waaronder Vlarem 2 – o.m. inzake de evaluaties en de bijzondere milieuvoorwaarden, Vlarem 3 op de GPBV’s, het Leegstandsbesluit, het Natuurbesluit, het besluit op de vergunningsplichtige functiewijzigingen, het Vrijstellingsbesluit, het besluit op de meldingsplichtige handelingen op het vlak van ruimtelijke ordening, het Project-mer-besluit, het Bodembesluit, het besluit op de planbatenheffing, het Woonkwaliteitsbesluit, het Energiebesluit, enz.

    Titel 10. Slotbepalingen

  • Opheffingsbepalingen (nl. opheffing van 9 besluiten) (art. 783)
  • Overgangsbepalingen wat betreft de rapportage over de naleving van de beslissingstermijnen (art. 784)
  • Overgangsbepalingen wat betreft de omzetting van een milieuvergunning van bepaalde duur in een vergunning van onbepaalde duur (art. 785-794)
  • Diverse overgangsbepalingen (art. 795-796).
  • Inwerkingtredings- en uitvoeringsbepalingen (art. 797-799).
  • Indelingslijst en overige bijlagen

    Het Omgevingsvergunningsbesluit lanceert een nieuwe indelingslijst voor alle hinderlijke inrichtingen. Het bevat een nieuwe bijlage over ggo’s en over BBT’s, en het actualiseert diverse bijlagen bij Vlarem 2.

    De 19 bijlagen bij het Omgevingsvergunningsbesluit zijn de volgende:

  • Bijlage 1. Aanvraag van een omgevingsvergunning voor stedenbouwkundige handelingen of de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit (en deel 2).
  • Bijlage 2. Addendabibliotheek (en deel 2). De agendabibliotheek bevat de bijlagen die, volgens de aard van het project, bij de vergunningsaanvraag of -melding moeten worden gevoegd.
  • Bijlage 3. Aanvraag van een omgevingsvergunning voor het verkavelen van gronden
  • Bijlage 4. Melding van de overdracht van een vergunning voor de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit
  • Bijlage 5. Verzoek tot bijstelling of vraag tot afwijking van de milieuvoorwaarden die gelden voor een ingedeelde inrichting of activiteit
  • Bijlage 6. Aanvraag van een omgevingsvergunning voor het bijstellen van een verkaveling
  • Bijlage 7. Melding van stedenbouwkundige handelingen of de exploitatie van een ingedeelde inrichting of activiteit (en deel 2)
  • Bijlage 8. Sterk gewijzigde Indelingslijst (en deel 2).
  • Bijlagen 9, 10 en 11. Nieuwe bijlagen 1.5.1.1, 1.5.1.2 en 1.5.1.3 bij Vlarem 2 ? inzake genetisch gemodificeerde micro-organismen
  • Bijlage 12. Bijlage 2 bij Vlarem 2 ? Lozing van verontreinigende stoffen, prioritaire stoffen en gevaarlijke stoffen 0
  • Bijlage 13. Bijlage 2bis bij Vlarem 2 ? Watervoerende lagen ? hydrogeologische codering van de ondergrond van Vlaanderen
  • Bijlage 14. Bijlage 2ter bij Vlarem 2 ? Kaart met de dieptecriteria voor rubriek 53.8 (winning van grondwater)
  • Bijlage 15. Bijlage 2quinquies bij Vlarem 2 ? Kaart met de dieptecriteria voor rubriek 55.2 (boringen)
  • Bijlage 16. Nieuwe bijlage 3.3 bij Vlarem 2 ? Criteria voor de bepaling van de beste beschikbare technieken
  • Bijlage 17. Bijlage 5 bij Vlarem 2 ? Inrichtingen als bedoeld in de indelingsrubrieken 17.2 (gevaarlijke stoffen) of 48.1.1.1° (zeehavengebieden en havens)
  • Bijlage 18. Bijlage 5bis bij Vlarem 2 ? Informatie betreffende het veiligheidsbeheersysteem en de organisatie van de inrichting met het oog op de preventie van zware ongevallen (art. 5.17.1.3. §4)
  • Bijlage 19. Mededeling met de vraag tot omzetting van een milieuvergunning, die werd ingediend vanaf 10 september 2002 en werd verleend voor een termijn van twintig jaar, naar een omgevingsvergunning van onbepaalde duur
  • Omgevingsvergunningsdecreet ? In werking:

  • 23 februari 2017.
  • Behalve art. 203-206 (over de evaluatie van ingedeelde inrichtingen): 1 januari 2018.
  • Omgevingsvergunningsbesluit ? In werking:

  • 23 februari 2017.
  • Behalve art. 173 (over de evaluatie van GPBV-installaties): 1 januari 2018.
  • Bron: ? Besluit van de Vlaamse Regering van 27 november 2015 tot uitvoering van het decreet van 25 april 2014 betreffende de omgevingsvergunning, BS 23 februari 2016 (Omgevingsvergunningsbesluit).

    Bron: ? Verslag aan de Vlaamse Regering.

    Bron: ? Omgevingsvergunningsbesluit (en deel 2).

    Bron: ? Bijlagen (deel 2, deel 3, deel 4, en deel 5).