De wetgever hervormt de nietigheidsregeling in het burgerlijk procesrecht. Als er geen belangen worden geschaad kan er voortaan in een pak meer gevallen over vormgebreken heen worden gestapt.
Tot nu gold er voor een aantal vormgebreken bij een proceshandeling een absolute nietigheid. Wat betekende dat de rechter de nietigheid ambtshalve moest inroepen. De tegenpartij kon de nietigheid ook inroepen. De absolute nietigheid kon niet gedekt worden door het aantonen van het ontbreken van een belangenschade.
Die absolute nietigheden verdwijnen nu. Het ging bv. om een niet-ondertekening van de akte of het niet vermelden van de rechter die van de zaak moet kennis nemen.
In de plaats daarvan komt de regel dat een proceshandeling – ongeacht de verzuimde of onregelmatige vorm – enkel nietig kan verklaard worden als de wet de nietigverklaring uitdrukkelijk beveelt. Voorziet de wet niet in de nietigverklaring dan kan de proceshandeling dus niet vernietigd worden. De wet bepaalt dat vormfouten in een proceshandeling enkel tot een nietigverklaring kunnen leiden wanneer zij de belangen van de partij die de exceptie opwerpt schaden.
Tot nu behoorden de termijnen die op straffe van verval of op straffe van nietigheid zijn voorgeschreven, ook tot de absolute nietigheden.
Het niet-naleven van een termijn die op straffe van nietigheid is voorgeschreven (bv. wachttermijnen, zoals dagvaardingstermijnen) wordt voortaan enkel gesanctioneerd als de wet de sanctie uitdrukkelijk heeft bevolen. Wat betekent dat het niet-naleven van de termijnen enkel gesanctioneerd wordt als de onregelmatigheid de belangen schaadt van de partij die de exceptie opwerpt. Zelfde regeling dus als voor de nietigverklaring van een proceshandeling.
Bij het niet-naleven van een termijn op straffe van verval is de situatie anders. Het gaat hier om de zgn. ‘bespoedigende’ termijnen, zoals de termijn om een rechtsmiddel aan te wenden. Het verval geldt altijd, ook al zijn de belangen van de tegenpartij niet geschaad.
De nietigheid die tegen een proceshandeling kan ingeroepen worden of de niet-naleving van een termijn op straffe van nietigheid, zijn gedekt als zij niet tegelijk en vóór enig ander rechtsmiddel worden voorgedragen.
Dekking kan niet bij termijnen die voorgeschreven zijn op straffe van verval.
Tot nu kon – ondanks het principe van de absolute nietigheid – een proceshandeling toch nog als rechtsgeldig worden beschouwd wanneer het doel van het niet-nageleefde vormvoorschrift toch was bereikt. Die regeling wordt opgeheven aangezien de absolute nietigheden zijn afgeschaft.
De art. 22 tot 27 van de wet van 19 oktober 2015 treden in werking op 1 november 2015.
Bron: Wet van 19 oktober 2015 houdende wijziging van het burgerlijk procesrecht en houdende diverse bepalingen inzake justitie, BS 22 oktober 2015 (art. 22?27 Wet Burgerlijk Procesrecht)
Zie ook:
Gerechtelijk Wetboek (art. 860-867)