news

KB regelt toegang tot beroep van kredietgevers en kredietbemiddelaars in hypothecair krediet en in consumentenkrediet

05
11
‘15

Sinds 1 november 2015 is de Autoriteit voor Financiële Diensten en Markten (FSMA) bevoegd voor de toegang tot het beroep van kredietgever en kredietbemiddelaar in hypothecair krediet en in consumentenkrediet. Vanaf dan moeten al deze kredietgevers en kredietbemiddelaars respectievelijk een vergunning of inschrijving aanvragen bij de FSMA. Een KB van 29 oktober 2015 bevat de voorwaarden waaraan de vergunning of inschrijving moet voldoen. Er worden ook eisen gesteld aan de professionele betrouwbaarheid, geschiktheid en beroepskennis. De Economische Inspectie van de FOD Economie blijft bevoegd voor het toezicht op de kredietverlening zelf.

Aanvraag en behoud vergunning als kredietgever

De kredietgever kan zijn vergunningsaanvraag voor de uitoefening van de activiteit van kredietgever indienen bij de FSMA via de online applicatie die de FSMA sinds 2 november 2015 heeft opengesteld. Dit is de enige geldige manier van indienen.

De aanvraag moet samen met een dossier ingediend worden. Het KB van 29 oktober 2015 somt alle gegevens op die de kredietgever in zijn vergunningsaanvraag moet vermelden, samen met de documenten die hij bij de aanvraag moet voegen (art. 4, KB van 29 oktober 2015). In zijn aanvraag geeft de kandidaat-kredietgever aan of hij een vergunning als kredietgever in hypothecair krediet, in consumentenkrediet of in beide wenst te krijgen.

De aanvraag wordt ingediend door het wettelijk bestuursorgaan of door één of meer personen die daartoe gemachtigd zijn en daarbij handelen onder de verantwoordelijkheid van het wettelijk bestuursorgaan.

Kredietinstellingen, beleggingsondernemingen, verzekeringsondernemingen, instellingen voor elektronisch geld of betalingsinstellingen die kandidaat-kredietgever zijn, zijn niet verplicht om alle documenten die het KB van 29 oktober 2015 opsomt, bij hun vergunningsaanvraag te voegen. Zo moeten ze bv. geen identificatiegevens van de leden van het wettelijk bestuursorgaan, van de personen belast met de effectieve leiding of van de leden van het directiecomité bij hun aanvraag voegen, enz.

Aanvraag en behoud inschrijving als kredietbemiddelaar

Ook de kredietbemiddelaar moet zijn aanvraag tot inschrijving als kredietbemiddelaar indienen via de online applicatie die de FSMA sinds 2 november 2015 heeft opengesteld.
De aanvraag moet samen met een dossier ingediend worden.

De aanvraag wordt ingediend door de persoon die om de inschrijving vraagt of, wanneer de aanvrager een rechtspersoon is, door het wettelijk bestuursorgaan of door één of meerdere personen die daartoe gemachtigd zijn en daarbij handelen onder de verantwoordelijkheid van het wettelijk bestuursorgaan.

In zijn aanvraag geeft de kandidaat-kredietbemiddelaar aan of hij een inschrijving als bemiddelaar inzake hypothecair krediet, inzake consumentenkrediet of beide wenst te verkrijgen. Hij moet in zijn aanvraag ook aangeven in welke categorie bemiddelaars hij in het register wenst ingeschreven te worden.

Het KB van 29 oktober 2015 somt alle gegevens op:

  • die een kandidaat/natuurlijke persoon en een kandidaat/rechtspersoon bij zijn aanvraag tot kredietbemiddelaar in de categorie kredietmakelaars, verbonden agenten of subagenten moet verstrekken, samen met de documenten die hij bij die aanvraag moet voegen (art. 7 en art. 8, KB van 29 oktober 2014);
  • die een kandidaat in zijn aanvraag tot inschrijving als bemiddelaar inzake consumentenkrediet in de categorie agent in nevenfunctie moet vermelden, samen met de documenten die hij bij de aanvraag moet voegen (art. 9, KB van 29 oktober 2015).
  • Aanvraag van kredietgever die optreedt als centrale instelling

    Een kredietgever die als centrale instelling optreedt, dient voor elk van de kandidaten kredietbemiddelaars die deel uitmaken van zijn collectief dossier een aanvraag tot inschrijving in bij de FSMA.

    De centrale instelling verifieert en waarborgt de verplichtingen van de kandidaten en houdt voor elke kandidaat volgende gegevens en documenten ter beschikking van de FSMA:

  • voor de kandidaat-kredietbemiddelaar die een natuurlijke persoon is, de gegevens en documenten die een kandidaat/natuurlijke persoon bij zijn aanvraag tot kredietbemiddelaar in de categorie kredietmakelaars, verbonden agenten of subagenten moet verstrekken;
  • voor de kandidaat-kredietbemiddelaar die een rechtspersoon is, de gegevens en documenten die een kandidaat/rechtspersoon bij zijn aanvraag tot kredietbemiddelaar in de categorie kredietmakelaars, verbonden agenten of subagenten moet verstrekken.
  • De centrale instelling blijft verantwoordelijk voor het toezicht op de permanente naleving van de inschrijvingsvoorwaarden door de kredietbemiddelaars die deel uitmaken van haar collectief dossier.
    Ze staat in voor de betaling van de aan de FSMA verschuldigde vergoedingen (art. VII.181, § 1, eerste lid, 6° en art. VII.186, § 1, eerste lid, 6°, WER) en voor de toetreding tot en de betaling van de bijdrage tot financiering van de buitengerechtelijke regeling van consumentengeschillen.

    Burgerlijke beroepsaansprakelijkheidsverzekering

    Kredietbemiddelaars en kredietgevers die aan kredietbemiddeling doen, moeten een burgerlijke beroepsaansprakelijkheidsverzekering afsluiten.
    Het KB van 29 oktober 2015 legt de voorwaarden vast waaraan deze verzekering moet voldoen (art. 11, KB van 29 oktober 2015).

    Vereiste beroepskennis

    Om de consument beter te beschermen, worden er onder meer eisen gesteld aan de professionele betrouwbaarheid, de geschiktheid en de beroepskennis van de personen die actief zijn in de kredietbemiddeling. Zo moeten zij onder meer een getuigschrift hoger secundair onderwijs voorleggen, een voldoende theoretische kennis bezitten van een aantal materies (o.a. de Belgische markt inzake hypothecair krediet en consumentenkrediet, de wetgeving m.b.t. tot het hypothecair krediet en het consumentenkrediet, de witwaswetgeving, enz.) en hun beroepskennis bewijzen door te slagen voor een examen dat door de FSMA moet worden erkend.

    De vereiste beroepskennis moet worden aangetoond door:

  • de kredietbemiddelaars;
  • de leden van het wettelijk bestuursorgaan en de effectieve leiders van de bemiddelaars inzake hypothecair krediet;
  • de effectieve leiders van de bemiddelaars inzake consumentenkrediet;
  • de verantwoordelijken voor de distributie van de kredietbemiddelaars en van de kredietgevers die aan kredietbemiddeling doen;
  • de personen in contact met het publiek van de kredietbemiddelaars en van de kredietgevers die aan kredietbemiddeling doen.
  • Makelaars, verbonden agenten en hun verantwoordelijken voor de distributie moeten een praktische ervaring verworven hebben vooraleer zij hun aanvraag indienen bij de FSMA.

    Bijscholing

    De personen die actief zijn in de kredietbemiddeling moeten ook regelmatig bijscholing volgen om hun theoretische kennis up-to-date te houden.
    Om de 2 jaar moeten zij minstens 5 bijscholingspunten behalen door een of meer door de FSMA erkende opleidingen te volgen. Elk uur opleiding geeft recht op één punt.
    Opleidingen op afstand omvatten een test waaruit blijkt dat de opleiding is gevolgd.

    Verantwoordelijke voor de distributie

    De kredietbemiddelaars en de kredietgevers die het bedrijf van kredietbemiddelaar uitoefenen, moeten in alle gevallen minstens één verantwoordelijken voor de distributie aanduiden die toezicht uitoefent over de activiteit van kredietbemiddeling.

    Kredietbemiddelaars en kredietgevers die meer dan 10 personen in contact met het publiek tewerkstellen, duiden een tweede verantwoordelijke voor de distributie aan, dit ongeacht het aantal verkoops- of distributiekantoren, voor zover de interne organisatie toelaat dat in elk verkoops- of distributiekantoor het vereiste toezicht op de werkzaamheid van kredietbemiddeling wordt uitgeoefend door een verantwoordelijke voor de distributie.
    Op dezelfde manier duiden ze telkens wanneer een volgende schijf van 10 personen in contact met het publiek wordt overschreden, een bijkomende verantwoordelijke voor de distributie aan.

    Agenten in een nevenfunctie die meer dan 20 personen in contact met het publiek tewerkstellen, duiden ook een tweede verantwoordelijke voor de distributie aan, dit ongeacht het aantal verkoops- of distributiekantoren, voor zover de interne organisatie toelaat dat in elk verkoops- of distributiekantoor het vereiste toezicht op de werkzaamheid van kredietbemiddeling wordt uitgeoefend door een verantwoordelijke voor de distributie.
    Op dezelfde manier duiden zij telkens wanneer een volgende schijf van 20 personen in contact met het publiek wordt overschreden, een bijkomende verantwoordelijke voor distributie aan.

    Overgangsbepalingen

    Het KB van 29 oktober 2015 voorziet verschillende overgangsbepalingen voor de personen die ofwel in een ander statuut, ofwel via het volgen van een gespecialiseerde opleiding en het slagen in een examen, ofwel via de verworven ervaring, geacht worden over de vereiste beroepskennis te beschikken, evenwel onder de algemene voorwaarde dat zij de activiteit van kredietbemiddeling al uitoefenden vóór 1 november 2015.

    Wie vóór 1 november 2015 actief was in bemiddeling in hypothecair krediet of consumentenkrediet, is vrijgesteld van de voorwaarde om een diploma te bezitten, met name een getuigschrift van hoger middelbaar onderwijs.

    Daarnaast zijn er een aantal specifieke regelingen ingevoerd.

    Nieuwe kredietgevers en kredietbemiddelaars kunnen sinds 2 november 2015 hun aanvraag indienen via een online applicatie die beschikbaar is op de website van de FSMA. Dit is de enige geldige manier van indienen.

    Voor bestaande kredietgevers en kredietbemiddelaars geldt een overgangsfase van 18 maanden om hun aanvraag in te dienen. Voor kredietbemiddelaars met minder dan 1 jaar ervaring is de overgangsperiode beperkt tot 2 maanden.

    De FOD Economie heeft op haar website de lijst gepubliceerd van de bestaande kredietbemiddelaars in consumentenkrediet, met vermelding van de datum waarop ze zijn ingeschreven. Op basis van deze lijst kan worden vastgesteld welke bemiddelaars in aanmerking komen voor het overgangsregime.
    Voor het hypothecair krediet is de verplichting tot inschrijving nieuw en kan er geen lijst gepubliceerd worden.

    De FSMA publiceert op haar website de lijsten van voorlopig vergunde kredietgevers in hypothecair krediet en in consumentenkrediet. Ze zal deze lijsten wekelijks actualiseren.

    De site mcc-info.fsma.be licht de inschrijvings- en vergunningsvoorwaarden en -procedures toe aan de hand van video’s en veelgestelde vragen (FAQ’s). De site bevat ook modeldocumenten die de aanvragers van een inschrijving of vergunning moeten invullen.

    De Economische Inspectie van de FOD Economie blijft bevoegd voor de controle op de regelgeving over kredietverlening. Bij problemen met een kredietgever of kredietbemiddelaar kunnen consumenten klacht indienen bij de FOD Economie via economie.fgov.be/nl/geschillen.

    In werking

    Het KB van 29 oktober 2015 treedt in werking op 1 november 2015.

    Het zet richtlijn 2014/17/EU gedeeltelijk om in Belgisch recht.

    Bron: Koninklijk besluit van 29 oktober 2015 tot uitvoering van Titel 4, Hoofdstuk 4 van Boek VII van het Wetboek van economisch recht, BS 5 november 2015.

    Zie ook:
    – Wet van 26 oktober 2015 houdende wijziging van het Wetboek van economisch recht en houdende diverse andere wijzigingsbepalingen, BS 30 oktober 2015 – art. 79 tot art. 81
    – Wetboek van economisch recht van 28 februari 2013 (WER), BS 29 maart 2013 – art. VII.160, art. VII.180, art. VII.181, art. VII.182, art. VII.184, art. VII.185, art. VII.186, art. VII.187 en art. VII.188.
    Richtlijn 2014/17/EU van het Europees Parlement en de Raad van 4 februari 2014 inzake kredietovereenkomsten voor consumenten met betrekking tot voor bewoning bestemde onroerende goederen en tot wijziging van de Richtlijnen 2008/48/EG en 2013/36/EU en Verordening (EU) nr. 1093/2010, PB.L., 28 februari 2014, afl. 60;err., Pb.L., 20 februari 2015, afl. 47;err., Pb.L., 23 september 2015, afl. 246).
    Koninklijk besluit van 23 oktober 2015 betreffende de uitvoering, wat de sociale kredietgevers en de werkgevers betreft, van artikel VII.3, § 4, van het Wetboek van economisch recht, BS 30 oktober 2015.